Aflevering 21: De scheepwerf van de familie Ruijtenberg te Raamsdonksveer
De eerste scheepstimmerwerf werd door Johannes, in Raamsdonk op het veer in het jaar 1776, gekocht van Gerrit en Antonie van Dam.
De werf was gelegen aan de kerkesloot op het steenpad, later genoemd de Veerse haven, zoals eerder beschreven.
Op 12 juli 1909 wordt ten overstaan van notaris van der Meer de akte getekend, waardoor de familie in het bezit komt van een nieuwe werf te Raamsdonksveer. De werf was gelegen aan de Donge.
De Donge.
Dit was de tweede keer dat de familie een scheepstimmerwerf koopt te Raamsdonkveer.
De vennoten zijn Pieter Adriaan en diens zoon Jan Adriaan, die voor een som van f.50.000,- de nieuwe eigenaars worden.
Werf met helling.
Onder de overdracht valt:
1.Een huis, kantoor, werkplaats, magazijn en weiland onder Raamsdonk, sectie F, nummers 654, 655 en 656, tezamen groot 1ha, 31a en 80 ca.
2.Het erfpachtrecht op erf sectie F, nummer 1039, groot 22a en 80ca met het daarop gebouwde huis, kantoor en magazijn, waarvan de grond behoort aan het Departement van Oorlog.
3.Het erfpachtrecht op erf, gemeente Geertruidenberg, sectie B, nummer 1374, groot 87a en 80 ca met het daarop gebouwde huis en de scheepstimmerwerf, waarvan de grond behoort aan het Departement van Oorlog.
4.Alle roerende goederen op beide werven.
De werven in Waspik en Raamsdonksveer zijn dus beiden eigendom van vader Pieter Adriaan en zoon Jan Adriaan.
Pieter Adriaan heeft nog vier zoons, die tot heden geen bevoegdheid binnen het bedrijf hebben. Daarom wordt in 1912 de firma omgezet in een NV.
Op 13 december van dat jaar compareerde daartoe voor notaris B.A. Middelkoop te Capelle, Pieter Adriaan met zijn 5 zoons.
De nieuwe vennootschap “NV Scheepsbouwwerven v/h P. en A. Ruijtenberg” wordt aangegaan voor ongeveer 30 jaar.
De directie zal worden gevoerd door de 5 broers, waarvan Johannes, geboren 12 juni 1884 en Adriaan geboren 7 januari 1886 de leiding krijgen van de Veerse werf.
Johannes laat in 1912 aan de Maasdijk het huis “De Vondeling” bouwen.
De Vondeling.
Genoemd naar het stuk grond, waarop de werf was gelegen, een toponiem dus. Broer Adrianus begint in 1914 met de bouw van een huis te Raamsdonksveer, dat echter, door oorlogsomstandigheden, pas in 1918 wordt afgebouwd. Dit huis werd eveneens gebouwd aan de Maasdijk.
Johannes en Adrianus werden opgevolgd door hun zonen; Pieter Adrianus, geboren 15 september 1913 en Adrianus, geboren 27 oktober 1919.
De voorgeschiedenis van de werf.
In 1898 begint M. Duyvendijk aan de buitenhaven te Geertruidenberg een scheepswerf, die in 1902 wordt overgenomen door Teunis Oostlander. Wellicht bouwde deze hier nog houten schepen. De compagnon van Teunis Oostlander is Jan Smit, scheepsbouwer te Kinderdijk. Oostlander zoekt een nieuw terrein en een andere compagnon, die met hem een werf wil gaan beginnen. Deze compagnon is W. Theising uit Oosterhout.
In 1907 beginnen ze met de oprichting van de werf met de naam “Theising en Oostlander”. Op 23 mei van dat jaar kopen zij een stuk grond aan de overzijde van de Donge tegenover de bestaande werf. Het stuk bouwland “Vondeling” geheten wordt gekocht van de familie Smits te Geertruidenberg.
Er zouden bij de firma Theising en Oostlander problemen zijn ontstaan en de werf nadert haar einde, na een zeer kortstondig bestaan.
De bovengenoemde familie Duyvendijk bezat al in 1850 of eerder een scheepstimmerwerf te Geertruidenberg, in de persoon van Cornelis, een onderdeel van de firma Jacob van Duyvendijk, die een scheepstimmerwerf bezat te Papendrecht. Jacob en Cornelis bouwden houten schepen; aken,tjalken en boeierschuijten, welke schepen zijn terug te vinden in het archief van het Scheepskadaster te Rotterdam.
De schepen.
Bij de familie Ruijtenberg te Raamsdonksveer werden ijzeren en stalen schepen gebouwd. Voor zover mij bekend geen houten vaartuigen. Houten schepen voor reparatie zullen doorverwezen zijn naar Waspik, waar ze er beter voor ingericht waren.
Door Pieter Adriaan getekende schepen:
Er is een schepenlijst met 125 schepen, die gebouwd zijn tussen het jaar 1909 en 1955. Op de schepenlijst staan schepen, gebouwd voor eigenaren uit Nederland, België, Frankrijk, Duitsland en Engeland.
In de Bijlage vindt U een lijst met daarop de in Raamsdonksveer gebouwde schepen bij de familie Ruijtenberg.
Het eerste hier gebouwde schip was een Boeieraak genaamd ”De Zwerver” en bestemd voor A.J. vd Sluys te Drimmelen. Het schip werd afgeleverd op 12 augustus 1909.
Een boeieraak.
In de periode 1909 tot 1916 zijn een achttiental sleepschepen gebouwd, gezien de maten, meest Kempenaars.
Een Kempenaar
14 februari 1913, een sleepschip voor H. Rekkers uit Waspik “Jeannette”, lengte 50m, breedte 5.54m , hol 2,5m, 558 ton, somma f.175.000.
Ook Klipperschepen kwamen voor op de lijst, bijvoorbeeld in 1914 voor Jules de Wijs te Made de “Marie”.
Eenmast klipperschip.
In datzelfde jaar trouwde Pieter Adriaan met Petronella de Roon.
In het jaar 1918 werd een bijzonder schip afgeleverd, een driemast schoener met ingebouwde motor van 180pk, genaamd “Libea”, een zeeschip dus. Het schip was bestemd voor de firma voorheen G. Alberto te Middelburg, een houthandel. Het schip was lang 41,40m, breed 8,30m en hol 4m, prijs 112.000,- gulden en was een zelfde soort schip als eerder te Waspik gebouwd.
Driemast schoener “Libea”
De foto van het schip zal in de Donge, liggend bij de werf, genomen zijn, gezien de “Centrale” op de achtergrond.
Bijlbrief”Libea”
In 1919 twee zeevrachtboten voor W. Bradly en Son uit Hull, UK, beiden: lengte 48m, breedte 7,60m, hol 4,04m respectievelijk 425 en 450 pk motoren ingebouwd.
Engelse vrachtboot.
In 1922 een motorboot met vischbun voor J. Kievits te Geertruidenberg, lengte 14,50m, breedte 3,20m en hol 1,40m.
Op 23 september 1922 voor Gebr. Van Strien te Raamsdonksveer een sleepboot “Teuntje”, lengte 13,56m, breedte 3,60m, hol 1,80m,10 ton, 60pk.
Op 31 mei 1928 voor Joh. Kluitenaar, Capelle, een sleepschip “Aljo”, lengte 67m, breedte 8m, hol 2,40m. 955 ton.
In april 1928 voor J. van Diem te Vlijmen een sleepschip “Raptim, lengte 67m, breedte 8,20, hol 2,40m, 940 ton.
In februari 1930 voor J.M. van Beek te Waspik een sleepschip ”Willem”, lengte 70m, breedte 9,20m, hol 2,44m, 1050 ton.
Jaren later werd in de sleepschepen een motor ingebouwd.
Rond deze tijd kwamen steeds meer motorschepen in de vaart.
Omgebouwd sleepschip tot motorschip.
18 november 1941 sleepschip “Rijn” voor rederij G. Albrecht te Hamburg, lengte 67m, breedte 8,20m, hol 2,50m, 975 ton, de prijs was f.85000,-.
1948 – 1950 Twee nieuwgebouwde schepen voor Tsjechië.
In de 50tiger jaren werden enkele viskotters gebouwd voor vissers uit Urk;
19 augustus1954 voor H. Romkes, kotter UK34, lengte 20,50m, breedte 5,40m, hol 2,60m.
15 oktober 1954 voor H. Kramer, kotter UK103, dezelfde maten als boven, prijs van deze schepen per stuk f.51.500,- exclusief motor.
In 1957 werden twee zusterschepen gebouwd voor Rederij de Graaf te Rotterdam, Lang 61,5meter, breed 7 meter en hol 2,6 meter, laadvermogen 680 ton.
Een der zusterschepen Margriet en Marijke.
Motorschip gebouwd 1960 voor J. de Booy, Hoogeveen
In 1973 was de pont Waalwijk - Drongelen in aanbouw, lang 39,6 meter, breed 12 meter, hol 1,75 meter.
De pont Waalwijk - Drongelen
In 1975 nieuwbouw sleeplichter voor Nigeria, lang 35 meter, breed 7 meter, en hol 2,75m.
Een Sleeplichter
Personeel.
In het jaar1909 gedurende de periode 29 maart tot 3 mei werkten bij de firma Ruijtenberg op het Veer 61 mensen in de volgende beroepen:
Smidsbaas.
Smid en smidsjongen.
Ponser, ponste gaten voor de nagels in de platen.
Ponserhulp.
IJzerwerker.
Klinker.
Tegenhouder (bij het klinken).
Nagelheeter, maakte de nagels roodgloeiend in een veldsmidse.
Schilder.
Timmerbaas.
Timmerman, de timmerman maakte de houten dekken in het schip en zorgde d.m.v. breeuwen dat deze waterdicht waren. Ook aan de roef en de stuurhut werd hout verwerkt, evenals aan de binnenbetimmering van deze ruimtes. De buikdenning, ook wel buitenhelling genoemd, (vloer in het ruim) was ook het werk van de timmerman.
Sjouwer.
Koker, sloeg met een kookbeitel de naden tussen twee ijzeren of stalen platen dicht,waardoor deze volkomen water- en gasdicht werden: dichtstuiken genoemd.
Er was ook een nachtwaker en een portier.
Een sjouwer waakte op zondag en van zondag op maandag.
Personeel bij tewaterlating.
De werkdagen waren elf uren en ’s zaterdags 9 uren lang.
Op de nu volgende lijsten kunt U zien de namen van de werknemers, hun beroep, het uur- en weekloon en inhouding voor ziekenfonds.
Er werden ook lijsten bijgehouden met het soort werkzaamheden, de uren, aan welk schip werd gewerkt en door wie wat gedaan werd, een soort werkboek dus.
Volgens dit werkboek wordt aan een drietal schepen gewerkt, die niet op de schepenlijst van de firma Ruijtenberg voorkomen. De namen waren: “Sirius”, “Mercurius” en “Orion”. Dit moeten schepen zijn geweest die nog van W. Theising, de vorige scheepswerfeigenaar, waren. Bij de “Orion “ is sprake van een kolenbunker, dat wijst op een stoomsleepboot.
De werkzaamheden hieraan:
64 uren klinken huid
10 ½ uren dekbeplating
63 uren houten dekken
64 uren klinken huid
28 uren beplating.
De werkzaamheden aan de “Sirius”:
64 uren bolders verschansing
64 uren boren
55 uren verschansing
64 uren klinken
20 uren koken
42 ½ uren dichtmaken tank
Aan beide voornoemde schepen werd 64 uren smeedwerk verricht en 64 uren behulpzaamheid bij breeuwen dekken.
Bij de “Mercurius” werd vermeld Alblasserdam.
42 ½ uren dichtmaken tank.
Ook werd in bovengenoemd werkboek nog een Rijnschip genoemd en een Bok.
In het jaar 1916 nadat de werf van de weduwe van Suijlekom aan het Steenpad was gestopt, is Adrianus van Suijlekom, zoon van de weduwe, als meesterknecht gaan werken bij Ruijtenberg te Raamsdonksveer. Adrianus was geboren op 29 april 1869 en was een neef van Pieter Adriaan.
In het jaar 1924 waren er al 140 mensen in dienst bij de firma.
De jongere werknemers vielen onder het leerlingstelsel. Ze werkten vier dagen op de werf en gingen een dag naar de Technische School in Geertruidenberg, waar ze theorielessen volgden. De praktijklessen vonden op de scheepswerf plaats, waar een speciaal lokaal beschikbaar was.
Hierna 2 foto’s van jongens die bij de firma werkten en met het leerlingstelsel te maken hadden in de zestiger jaren van de twintigste eeuw.
Werkplaats leerlingstelsel. Links Bert Kuijsters, die 14 jaar oud hier ging werken, rechts Jan Schapers.
Op de afbeelding van de werkplaats van het leerlingstelsel op de werf van Ruijtenberg zijn de leerlingen bezig met het maken van een liertje waarmee de roeiboot achter op het schip te water werd gelaten en/of opgehaald.
Nieuwbouwschip op de werf. Links Bert Kuijsters uit Waspik, midden Johan Kieboom, rechts Jan Schapers uit Waspik.
Op 1 mei 1980 wordt de scheepswerf, wegens gebrek aan opvolgers verkocht aan de heren P.C. Boons en P. Bakker, die het bedrijf voortzetten onder de naam “B.V. Scheepswerf voorheen P. en A. Ruijtenberg”.
> De familie Ruijtenberg is 81 jaar in het bezit geweest van de scheepswerf te Raamsdonksveer aan de Donge.
> Ook hier tot slot nog een mooie foto van de scheepswerf.
1948 - 1950
De bronnen:
- Archief Ruijtenberg, Waspik.
- Scheepswerven in het voorbijgaan van Ad Ruijtenberg, scheepsbouwer te Raamsdonksveer.
Mijn bijzondere dank aan:
- Hans Wieringa, achterkleinzoon van Dirk van Suijlekom en Jacoba van Dongen, beiden scheepsbouwers te Oosterhout en Raamsdonksveer.
- Theo Ruijtenberg, zoon van Piet Ruijtenberg, scheepsbouwer te Waspik.
- Bert Kuijsters, oud werknemer.
Han Smits