Deel 7: De komst van de Fransen
Wij maken een reis door de geschiedenis van Waspik, een reis in etappes waarbij telkens een tijdsbeeld beschreven wordt. Dit wordt etappe 7. Ofschoon we nu veilig onze reis kunnen vervolgen wil dit nog niet zeggen dat de vrede in ons land was teruggekeerd. Toch gaan we vol goede moed verder. De waterlinie Het Retranchement Met de komst van de Fransen werd in 1746 weer een nieuw verdedigingswerk gemaakt. Weer een gracht met een zigzag lopende aarden wal, maar nu met drie lunetten. De weg tussen Waspik en Sprang-Capelle liep tussen de eerste en tweede lunet door (gerekend vanuit het zuiden). Later heeft men er nog twee wallen haaks aan toegevoegd en zelfs twee wachthuizen. De inundatie werd in 1747 nog aanzienlijk uitgebreid door de verhoging van de dam in de Oude Maas tussen Capelle en Hagoort. Omdat de veepest ook in onze streken in 1745 ongenadig had toegeslagen zag de toekomst er weer eens allesbehalve rooskleurig uit. Grote onkosten bracht de inkwartiering van Engelse en Hollandse troepen vanaf 1747 tot begin 1749 met zich mee waarvoor weinig tot geen vergoeding werd ontvangen. Wel kreeg Waspik enige tegemoetkoming omdat in 1746 land verloren was gegaan ten behoeve van de vergroting van het retranchement en de aanleg van uitvalswegen. Zo lang de oorlogsdreiging duurde was Waspik belast met inkwartiering. Op het laatst lagen ongeveer 900 militairen ingekwartierd, zodat ieder huisgezin vijf à zes man in huis had, hetgeen voor de grotendeels arme bevolking een zware last was. Op verzoek van het dorp werden twee compagnieën verplaatst naar Raamsdonk en Capelle. Over de vergoeding voor de inkwartiering ontstond onenigheid tussen de dorpsbesturen van Waspik en Capelle en de legerleiding. De dorpelingen rekenden 21 à 26 stuiver per man en 3 gulden per officier voor kost en drank. De legerleiding wenste niet meer te betalen dan 18 à 21 stuiver. En zoals zo vaak, ook deze keer konden de dorpsbesturen hun wil niet opleggen aan de legerleiding. De afscherming van Geertruidenberg leek wat Waspik betreft in orde. Nog in 1788 en begin 1793 waren de aarden wallen van het retranchement en ‘het werkje’ aan de Capelsedijk geïnspecteerd en de mankementen gerepareerd. De vijand kon dus komen. En of ze kwamen! De Fransen komen In 1793 bleven de Fransen hier slechts een maand. Maar ze lieten in die korte tijd wel merken dat ze verstrekkende bedoelingen hadden. Om dat te benadrukken werd op verschillende plaatsen in de Langstraat de vrijheidsboom geplant. Een feestelijke gebeurtenis! Met die boom werd duidelijk gemaakt dat er een definitieve breuk tot stand was gebracht met het verleden. Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap deed hun intrede. Het gewone volk telde vanaf nu volledig mee. Ook in Waspik heeft een vrijheidsboom gestaan, getuige het gedicht vermeld in de “Nieuwe Nederlandse Staat- en Stadhouderlijke Almanach” van 1794. De vrijheidsboom werd echter al snel afgebroken en er werd weer een Oranjeboom voor in de plaats gezet. Ook dat werd feestelijk gevierd. En omdat wij ook wel van een feestje houden besluiten we om hier maar even te blijven want wie weet wat de toekomst nog voor ons in petto heeft. |